drinken en iemand die hem zo
lief aait dat hij zich weer een
klein baby-katje voelt dat door
zijn moeder wordt gelikt. In zo'n
huis en bij zo'n mens vergeet hij
zelfs even dat hij een grote vol-
wassen jager is. Hij gaat dicht
tegen je aan liggen, zoals vroe-
ger in het nest, en maakt het
knorrende geluidje van tevre-
denheid waarmee hij toen aan
zijn moeder liet merken dat alles
prima in orde was. En wanneer
hij echt terugdroomt over vroe-
ger, duwt hij voorzichtig met
zijn voorpoten tegen je aan,
zachtjes trappelend. Zo zorgde
hij er als klein katje voor dat de
zoete moedermelk ging stro-
men.
En zo doet een kat in huis iets
voor mensen, dat vaak nog
belangrijker is dan het vangen
van ratten en muizen. Hij geeft
ze warmte en gezelschap.
Verzorging
Uitlaten: een kat laat zichzelf uit. Hij
moet vele malen per dag
korte tochtjes maken door zijn eigen gebied en door dat
van
andere katten. Door geuren te verspreiden en op te
snuiven
weet hij precies hoe het er in de kattewereld voor staat.
Boven-
dien moet een kat jagen, desnoods op bromvliegen. Een kat
die met een trillend bekkie voor het raam zit,
demonstreert
zijn dodelijke beet en zou graag buiten achter een prooi
aan-
gaan. Lang niet elke huiskat is een fanatieke jager, maar
doen
alsof vinden ze allemaal leuk, zeker als ze jong zijn.
Wanneer
je het te zielig vindt voor de vogeltjes in de buurt, kun je
hem
een halsbandje met een belletje eraan omdoen. De lol
wordt
misschien iets minder, maar de vogels hebben een grotere
kans om te blijven leven. Aan datzelfde halsbandje kun je
met-
een een kokertje met de naam en het adres van je kat
hangen,
voor als er iets gebeurt.
Eten:
1 of 2 keer per dag. Kant-en-klare brokjes of
blikvoeding,
vlees, vis, granen, groenten, yoghurt. Altijd vers water.
Het lijkt vaak alsof een kat rustig dagen alleen gelaten
kan
worden zolang iemand maar eten neerzet. Dat is niet zo.
Kat-
ten zijn erg gehecht aan de mensen die hen verzorgen en
menig kat gaat ervandoor wanneer zijn huisgenoten
vertrek-
ken om pas weer op te duiken als zij ook terug zijn.
Borstelen en
kammen: langharige katten dagelijks. Andere kat-
ten wanneer ze verharen (meestal in het voor- en najaar),
en
als ze erg oud zijn en te stram om zelf hun vacht bij te
houden.
Kattebak
verschonen: dagelijks. Ook al gaat een kat naar
buiten,
in huis moet altijd een kattebak zijn.
Krabben: katten krabben om verschillende redenen. Om dode
nagelrestjes kwijt te raken, krabben ze in
voorwerpen waar ze
goed hun nagels in kunnen zetten, zoals bomen,
vloerbedek-
king met lusjes, de deurmat, een speciaal aangeschafte
krab-
paal, of de bekleding van de bank. Bij het krabben oefenen
ze
meteen het uitslaan van de nagels. Maar katten krabben
ook
om geuren uit te wisselen. Onder op hun poten zitten
geurklieren en door te krabben vermengen ze hun geur met
die van de mensen waar ze bij wonen. Hiervoor gebruiken
kat-
ten bij voorkeur iets dat goed naar hun mensen ruikt, zoals
de
lievelingsstoel of -bank van het huis.
Kosten: raskatten moet je kopen, andere
zijn meestal gratis.
Afgezien van de aanschaf kost een kat ongeveer 1 week
zak-
geld per dag.
Dierenarts: iedere jonge kat moet
ontwormd en ingeënt wor-
den tegen een aantal gevaarlijke ziektes. Deze inentingen
moeten jaarlijks tot twee-jaarlijks herhaald worden. De
meeste
dierenartsen geven een seintje.
Leeftijd: een kat wordt gemiddeld 10 tot
15 jaar oud. Raskatten
leven korter.